De nietigheid van een handelshuurovereenkomst door foutieve bestemming
Verhuur
Bedrijfsvastgoed
18/03/2025
Uitspraak van 20/11/2022
In dit vonnis sprak de vrederechter zich uit over het lot van een handelshuurovereenkomst, waarbij de huurder er, ten tijde van het afsluiten ervan, vanuit ging dat in het handelspand effectief een eethuis zou kunnen worden uitgebaat. Bovendien kwam in deze zaak ook de vraag naar de aansprakelijkheid naar voor van de vastgoedmakelaar die had bemiddeld bij de totstandkoming van de huurovereenkomst.
Helaas, je hebt geen rechten om deze pagina te bekijken
Meld je aan om verder te gaan